woensdag 22 december 2010

Aankomen

19-12-2010
Een van de angsten van wielrenners in de winter, naast sneeuw, is kilo’s aankomen. Zwaarder kom je de bergen toch wat minder makkelijk over. Daarom moet er in de winter getraind blijven worden; in de hoop dat het gewicht in het voorjaar niet te hoog is geworden. Voor het eerst doe ik dat dit jaar door middel van veldrijden. Zelfs koning winter met zijn sneeuw houdt dat niet tegen. 

Maar een wielrenner kan het woord aankomen natuurlijk ook op een positieve manier uitleggen. Als het belangrijkste doel in een wedstrijd. Er zijn vele verschillende manieren om aan te komen: als winnaar, als verliezer, alleen, sprintend, moegestreden, uitgeput of euforisch, noem maar op. 

Vandaag had ik het geluk als winneer over de streep te komen. En nog wel alleen ook. Volgens sommigen de mooiste manier om te winnen. Maar achteraf bedacht ik mij dat ik aankomen in een sprint zoals een paar weken geleden misschien wel leuker vond. Waarschijnlijk doordat het om een spannende sprint ging, met veel aanmoedigingen en een voor mij positief resultaat. Aanleiding voor een flinke adrenaline-kick. 

Tijdens mijn laatste ronde vandaag, alleen rijdend, had ik eigenlijk meer last van stress om geen fouten te maken waardoor mijn achtervolger terug kon komen. Zelfs tot de laatste 100 meter. De finish gaf meer opluchting dan adrenaline… 

Snel kwam gelukkig een tevreden gevoel, staand op een voor mijn gevoel meters hoog podium in een winters landschap met winters zonnetje. Een mooie winter tot nu toe (hoewel die eigenlijk nog niet eens begonnen is), ik kan toch zeggen dat ik een keer als eerst ben aangekomen. En dan bedoel ik geen kilo’s. 








Aanmoedigingen voor de aanmoedigingen

08-11-2010
Kijk uit, het is glad!’ Normaalgesproken fijn als iemand dat als waarschuwing naar je roept. Niet als je bezig bent met een wedstrijd veldrijden en een van je supporters je op deze manier probeert aan te moedigen. Dan zorgt die opmerking er voor dat je gaat denken ‘verrek, het is hier inderdaad glad, misschien moet ik wat voorzichtiger rijden’. En dat is nou net wat je niet moet doen als veldrijder; voorzichtig rijden. Het is namelijk de kunst zo hard mogelijk overal overheen te rijden, dan heb je er ook het minst last van. Ook als het glad is. Hoe langzamer en voorzichtiger je rijdt, des te moeilijker het wordt. 

Hierdoor komt het ook dat ik tijdens het inrijden over het parcours standaard denk dat het overal lastig rijden is. Tijdens de eerste ronde van de wedstrijd blijkt echter steeds weer dat dat wel meevalt. Dit komt omdat een veldrijwedstrijd een soort omgekeerde wedstrijd is, iedereen begint met een sprint en kijkt hoe lang ie dat volhoudt. Wat resulteert in hele hoge snelheden in de eerste ronde, met als voordeel dat je merkt dat veel stukken goed te doen zijn als je er maar hard genoeg overheen rijdt. 

Liever dus aanmoedigingen die juist wat meer risicovol gedrag uitlokken. ‘Pak hem’, ‘Je kan harder’ of ‘Je oma rijd nog sneller door de modder’. Daarnaast moet natuurlijk ook de naam van de renner erbij worden genoemd, dan weet je tenminste dat jij wordt aangemoedigd/beledigd. 


In Honselersdijk helaas weer materiaalpech. In de eerste ronde een lekke band bij het oprennen van de trap, met vervolgens voor mij een grote achtervolgingswedstrijd. Wel leuk, een trap in het parcours. Ik wist niet dat ik zou hard omhoog kon rennen. 
In Numansdorp met drie man voorop de laatste ronde gereden. Het deel op het strand ging ik als tweede op, de voorste man maakte een mooie buikschuiver die ik niet kon ontwijken en dus moest beantwoorden met ook een buikschuiver. Nadat we de fietsen weer opgeraapt hadden kwam ik derde te liggen en heb ik tot mijn grote vreugde in de laatste meter de nummer twee er nog uit kunnen sprinten. Weer een keer bloemen gewonnen! 

Uitslagen afgelopen periode: 
Veldrit Albrandswaard – 23e 
Veldrit Honselersdijk – 12e 
Veldrit Numansdorp – 2e 

En de culturele tip: 
De telefilm Sekjoeritie (http://www.uitzendinggemist.nl/index.php/aflevering?aflID=11218201&md5=e076c0428f9ed4c565beae973b201b27) 
De telefilm Coach (http://beta.uitzendinggemist.nl/afleveringen/1039630) 
Vooral de hoofdpersonen in beide films zijn geweldig. 

Gek

11-10-2010
Om mijn conditie in de winter een beetje op peil te houden ga ik vanaf dit jaar veldritwedstrijden rijden. Misschien wel de meest belachelijke sport ter wereld. Met een racefiets door de modder crossen. Welke gek heeft dat verzonnen? Al kan het nog erger; er zijn ook mensen die het daadwerkelijk gaan doen. Waar ik er sinds dit jaar dus een van ben. 
Behalve het vele schoonmaakwerk na een wedstrijdje zitten er gelukkig ook mooie kanten aan het veldrijden. Zo is het meestal bij een parcours van een wielervereniging, wat betekent dat er een kantine en kleedkamers direct langs het parcours ligt, dus warmte, eten en een douche is dichtbij. Dat is bij wegwedstrijdjes wel eens anders. Daarnaast is het natuurlijk geweldig om weer als klein kind door de modder te kunnen racen. Hoewel het bij de echt goede mannen zo hard gaat dat ik me afvraag of ze wel door hebben dat ze door de modder rijden (of over een boomstam). 

Dat niveau moet ik nog maar zien te halen. Afgelopen zaterdag reed ik tijdens het eerste rondje warmrijden een heuveltje op, kwam boven, keek naar beneden, zag een grashelling van ongeveer 60 graden en dacht: hier gaat ik niet fietsend naar beneden. Heel voorzichtig rijdend bleek dat toch te kunnen, en in de laatste ronde van de wedstrijd bleek je ook best naar boven te kunnen sprinten en zonder te remmen met volle vaart naar beneden te kunnen denderen. Leren gaat soms dus best snel. 

Mijn volgende leerdoelstelling is om netjes om bomen heen te rijden. De parcoursbouwers vinden het namelijk erg leuk om je een soort slalom in een bos te laten rijden. En een boom gaat niet voor je aan de kant. Weet ik ondertussen uit ervaring. Zodoende wordt ik tot nu toe elke dag nog wel herinnerd aan de wedstrijd van afgelopen zaterdag. Ook al zijn het maar kleine schrammen en blauwe plekken. 
Kortom, ik vermaak me er prima mee. 

Uitslagen afgelopen periode: 
Charly Gaul (Luxemburg, 160 km) – 22e 
Ronde van Roosendaal – 24e 
Ronde van Voorhout – 18e 
Veldrit Gouda – 4e 
Veldrit Zoetermeer – DNF 
Veldrit Spijkenisse – 7e 

En voor de fanatieke lezer weer een culturele tip: 
Het album Colours van Graffiti6. Goed! 

Vallen en opstaan

25-08-2010
Ervaringsdeskundige. Dat ben ik. Het begon al op het schoolplein van de kleuterschool. Tijdens het heel hard rondjes rond de zandbak fietsen mis ik een bocht en rijd recht tegen de school aan. De bult die ik daar aan over heb gehouden is nog steeds zichtbaar. Maar ook op het ijs op de Rotte was ik er goed in; ik was dan ook de enige die zo hard achteruit durfde te schaatsen. 
De heftigste valpartij was de keer dat ik met studentenfiets en al over een Volkwagen Golf vloog. Nadat ik weer op de grond terecht was gekomen bleek mijn been wel heel raar in de lucht te hangen. Het is waarschijnlijk de actie waar ik in mijn leven het minst over heb nagedacht; ik heb mijn been gepakt en netjes naast de andere gelegd. Het was gelukkig een nette botbreuk. 

Toen reed ik echter nog geen wielrenwedstrijden en wist ik nog niet dat je daar ook leuke valpartijen mee kan maken. Mijn eerste was waarschijnlijk ook de meest komische. Tijdens een rit van 150km in Luxemburg reden we met een grote groep in een afdaling over zo’n glad stuk dat de eerste 20 man ongeveer gelijkertijd onderuit gingen. Ik reed voorin dus ging als een van de eerste. En ook het verst. Ik belande twee meter naast de weg, 1 meter lager in het wildstromend riviertje. Door een agent moest ik worden geholpen om er weer uit te komen. Nadat ik eerst drie fietsen uit de rivier had geplukt die mee naar beneden driegden te stromen. 

Het jaar erna ging ik in volle vaart onderuit in een bocht tijdens het criterium van Rozenburg. Ik verbaasde me erover dat het zo’n weinig pijn deed. Maar die kwam pas later. Samen met een geweldige bult op mijn heup. Die nam zo’n vorm aan dat ik me er wat zorgen over ging maken en er nog mee naar de eerste hulp ben geweest. 

Maar de meest opmerkelijke valpartij heb ik een paar weken geleden beleefd. Alle randvoorwaarden om niet te vallen waren namelijk aanwezig: een trainingswedstrijd op een afgesloten parcours, rijdend in een kopgroepje van 4 man op een recht stuk. Dat betekent: geen gevaarlijke inhaalacties van andere renners, geen andere verkeersdeelnemers en geen bocht waar je uit kan vliegen. Dan moet er wel iets heel raars gebeuren wil je met zijn vieren tegelijk vallen. De oorzaak is dan ook moeilijk uit te leggen. De gevolgen wat makkelijker: de twee jongens voor mij vielen, en met 45 km per uur en een afstand van minder dan 30 cm tot je voorganger geeft dat je 0,024 seconden om tot stilstand te komen. Dat lukte niet, waardoor ik ook mee naar het asfalt ging. Op tv zie je ze wel eens vallen in een sprintend peloton, en dan vroeg ik me wel af hoe dat zou zijn. Dat weet ik nu ongeveer, maar echt graag had ik het niet mee hoeven maken. Hoe het is? In een flits ben je tot stilstand gekomen, en zit je (in mijn geval) op het asfalt. Vreemd. 
Een van de jongens had de pech zijn sleutelbeen te breken. Ik had het geluk dat de vriendin van een fietsmaat langs de kant stond en zo aardig was om met me naar de eerste hulp te gaan om te laten kijken naar mijn borst waar ik last van heb. Het lijkt mee te vallen. Sindsdien heb ik echter wel last van mijn schouder. 

Voor zover het letterlijk vallen en opstaan. Figuurlijk is het dit jaar ook vallen en opstaan geweest. Terwijl ik liever springen en weer neerkomen heb. De uitslagen zijn net wat minder dan de voorgaande jaren; achteraf blijk ik in het voorjaar last te hebben gehad van hooikoorts. Nadat ik een paar keer een allergische reactie kreeg na het eten van fruit toch maar eens de dokter gevraagd waar dat aan kan liggen. Hooikoorst dus. Volgend voorjaar krijg ik er pilletjes voor. 

En als de pollen dan een beetje weg zijn en je je sterker gaat voelen moet je natuurlijk niet hard tegen het asfalt gaan. De gehoopte uitslagen blijven dus een beetje uit, nu gaat het daar natuurlijk niet alleen om, maar het gevoel dat je echt in superconditie bent heb ik wel een beetje gemist dit jaar. Nog drie wedstrijdje om dat gevoel toch nog een beetje te krijgen: 
- Zo 5 september Charly Gaul, 150 km (Luxemburg) 
- Do 9 september Ronde van Roosendaal, 60 km, 15:30uur 
- Za 18 september Ronde van Voorhout, 50 km, 13:30 uur 
En daarna ga ik in de winter eens kijken hoe het bevalt om veldritwedstrijdjes te rijden. 

Uitslagen afgelopen periode: 
- GF Eddy Mercks 52e 
- Ronde van Boxmeer 12e 
- Zomoco Ahoy 2e 
- Ronde van Maassluis 21e 
- Ronde van Oldenzaal DNF 

Tijd moet je maken

13-06-2010
Tijd heb je niet, tijd moet je maken. Ook voor het schrijven van wedstrijdverslagen. De laatste tijd is dat niet zo goed gelukt. Daarom nu even alleen de uitslagen, maar er is genoeg leuks gebeurd, dus een over-all verslag zal wellicht nog komen. 

- Cyclo Trois Ballons (205km) - 86e (afzien!) 
- Criterium Champagny - 5e (amateuristisch georganiseerde wedstrijd in Frankrijk, hilarisch en gezellig tegelijk) 
- Ronde van Statenkwartier - achterin gefinisht 
- Ronde van Bergpolder - 22e 
- Omloop Hoekse Waard - 43e 
- Districtkampioenschappen - 20e 
- Ronde van de Uithof - 18e 
- Maartensdijk DNF (did not finish, klapband 5 ronden voor eind) 
- Vlaardingen - 26e 

Stroboscoop-effect

03-05-2010
Als een renner op de laatste berg bijna niet meer vooruit komt wordt er gezegd ‘dat het licht bij hem uit gaat’. Afgelopen zondag ging bij mij tijdens de laatste beklimming van de ShimanoFietsChallenge ook het licht uit. En weer aan. En weer uit, en weer aan. Zo’n 20 keer per seconde. Ik had last van een interne stroboscoop. Ik wist ook niet dat dat kon. 

Nu vond ik die interne stroboscoop op zich niet zo’n probleem. Ik stond echter ook zo goed als stil. En dat is in een wedstrijd wel een probleem. 

De 136 kilometer ervoor waren goed verlopen. Het peloton dunde elke ronde verder uit, en ik kon me zonder problemen voorin handhaven. De laatste ronde van 26 kilometer werd er aan kop van het peloton, dat zich langzaam transformeerde in een kopgroep, stevig doorgereden door Thijs Al, prof bij het AA-team. De eerste klim in de laatste ronde was ik zelf degene die uit de groep dreigde te lossen, maar het lukte me om er bij te blijven. Achter me ontstond een gapend gat richting de rest, dat zich vulde met de volgauto’s. De groep bestond nu nog uit een mannetje of 12. Me handhaven in deze groep en ik werd minimaal twaalfde. De volgende twee klimmetjes was het weer vechten om er bij te blijven, maar het lukte. Als bonus leverde het me een nieuw inzicht op; een renner kan niet alleen voortgetrokken worden door een volgauto, maar ook voortgeduwd. Steeds als ik een gaatje van meer dan een paar meter moest laten hoorde ik de volgauto achter me, de motor al iets steviger draaiend om mij in te gaan halen. Dat gaf genoeg energie om het gaatje toch weer dicht te rijden. 

Na een fikse regenbui in de laatste afdaling arriveerden we aan de voet van de laatste klim richting het drielandenpunt. Nog zo’n 3 kilometer te gaan. Vanaf dan is het met je laatste energie zo snel mogelijk boven komen. Voor mij werd dat echter met mijn laatste energie überhaupt boven komen. Het stroboscoop-effect samen met mijn snelheid, of moet ik zeggen langzaamheid, deden mij een zelfs een seconde twijfelen om even af te stappen. Voor mij is dat een verlies van de berg, en eigenlijk verboden. Eén keer heb ik aan dat gevoel toegegeven omdat ik dacht dat het met de lage snelheid die ik toen had niet mogelijk was om het tot de top vol te houden. Een halve minuut later kwam mijn langzamer klimmende broertje voorbij om vervolgens zonder voet aan de grond te zetten door te rijden naar de top. Sindsdien is de Mont du Chat voor mij de zwaarste berg in de wereld en mijn broertje een groot wielrenner. 

Afstappen was dus eigenlijk geen optie. Hoewel mijn denkvermogen al erg was verminderd vond ik het wel heel vreemd dat het klimmen me zo ontzettend veel kracht koste. Toch nog een keer proberen kleiner te schakelen. Helaas, mijn versnellingshendel kon niet verder. Toch eens kijken of de ketting echt op de kleinste verzet staat. Ja, op het grootste tandwiel achter. In een flits van een seconde, eentje waarin door het stroscoop-effect wel beeld werd doorgelaten, zie ik echter dat de ketting op het voorblad nog op het grote blad ligt! (voor de niet-wielrenner: dan staat de versnelling zwaarder dan op het kleine blad). Opluchting; met het kleinere verzet lukte me het wat beter om op gang te blijven. Want meer was het niet. Ik werd ingehaald door achterblijvers die me vol verbazing aankeken, was jij niet die renner die bij alle voorgaande beklimmingen zo makkelijk omhoog reed? En die vervolgens binnen no-time meters voor me reden, aanklampen was geen optie. Boven komen was op dat moment nog het enige doel. En zo verloor ik 4 minuten in een klim van nog geen 3 kilometer, schoof ik terug naar de 18e plek en was ik weer een ervaring rijker. Hongerklop of bevangen door de kou, ik weet het niet. Bijzonder was het in ieder geval wel. 


Voor de ‘uitlezers’ weer een tip: de CD ‘This is nog romantic’ van het Nederlandse bandje ‘I kissed Charles’. Goede muziek! 

Het is weer begonnen

29-04-2010
Het trainingsweekje Spanje is achter de rug (zie filmpje), de eerste echte wedstrijd is gereden, het seizoen is weer begonnen. Afgelopen zaterdag 11e uit een kopgroep van 17 tijdens de Omloop van het Munnikenland. Niet slecht. 

De periode met veel wedstrijden is dus weer begonnen, ik zal proberen af en toe wat achtergrondverhaaltjes te schrijven, en de uitslagen hier te vermelden. 

Woensdag 2 juni rij ik zelfs een wedstrijd voor mijn eigen voordeur langs (Ronde van Bergpolder, 19:15 uur). Mijn eigen woonkamer wordt VIP-tribune!! Alle fans zijn welkom, er wordt gezorgd voor hapjes en drankjes.

Pieken en dalen

24-03-2010
Vrijdag kwam een collega bij me langs en vertelde dat een medereiziger van een vriend van hem op Mallorca in een afdaling verongelukt was. Zaterdag lees ik op de site van Ahoy dat het een verenigingsgenoot is. Het is moeilijk om er goede woorden voor te vinden. Ongelofelijk. 

Dit weekend begonnen de echte wedstrijden. Zaterdag het Kampioenschap van Rotterdam op het parcours van Ahoy, zondag een criterium in Zoetermeer. 
Zaterdag rij ik als een van de weinige met beenstukken. Het is warm genoeg om zonder te rijden, maar mijn benen zijn nog goed behaard. En dat kan niet bij een wielrenner. Not done. Omdat het zondag nog warmer zou worden, die ochtend toch maar even wat scheerwerk verricht. 

De beenstukken zaten in ieder geval niet in de weg, ik reed lekker zaterdag, kwam op kop met drie junioren, wat betekende dat ik automatisch eerste bij de Amateurs A werd als ik met dit groepje vooruit bleef. En dat lukte. De drie junioren moesten het met zijn drieën gaan uitmaken. Ze overwogen nog mij een getal onder de 5 te laten kiezen en degene die het raadde de wedstrijd te laten winnen. Uiteindelijk besloten ze het de jury zo moeilijk mogelijk te maken en met zijn drieën tegelijk te finishen. 

Winnen betekent ook op een podium verschijnen. Wat hou ik er toch van om in het middelpunt van de belangstelling te staan. Het spat van de foto’s af. Ik geniet. 

Zondag leek het er even op dat ik niet eens mocht starten. Ik had me niet van tevoren ingeschreven en het maximale aantal renners was al bereikt. Gelukkig kreeg ik samen met 9 andere jongens op het laatste moment toch een rugnummer. Bij de start staat er een aardige Zoetermeerse mevrouw naast me die vraagt of wij nou die profs zijn en wat mijn naam is; ze zal me aanmoedigen. Ik start redelijk, kom rond de dertigste plaats te rijden. In dit bochtige parcours is dat te ver naar achter, teveel remmen en optrekken. Ik wil voorin rijden zodat ik vol door de bochten kan rijden, kost zoveel minder energie. Tot mijn verbazing lukt het me om binnen een rondje op te schuiven naar de kop. Wat voel ik me sterk! Tot ik merk dat ik een lekke band heb. Geen reservewiel bij me, einde wedstrijd, en we zijn pas in rondje 4. Nooit geweten dat je zo lang kan balen van het gevoel dat je kan winnen maar dit niet kan laten zien. Volgende wedstrijden maar laten zien dan, helaas laten die nog even op zich wachten. 

Voor degene die het voor elkaar hebben gekregen tot hier te lezen als beloning een leestip: net begonnen in Spaghetti Spoetnik van Tonie Mudde, erg leuk geschreven. 

Mistig

08-02-2010
Zaterdag een wedstrijd in de mist. De fotograaf langs de kant weet er mooie plaatjes van te maken.




De renners werden er niet mooier op. Samen met de modder op het parcours zorgt de nattigheid ervoor dat we na de race als mijnwerkers in de kleedkamer zitten. Moe en voldaan. 

Joepie weer lekker rondjes rijden op een parcours

27-01-2010
De eerste trainingswedstrijd achter de rug. Ging niet slecht, 8e geworden tussen goede renners. Blijkbaar zijn de vele schaatskilometers op de Rotte en de Loosdrechtse Plassen niet slecht geweest. Gisteren een planning gemaakt voor de wedstrijden die ik de eerste seizoenshelft wil rijden. Deze zet ik later nog online. 
A.s. zaterdag waarschijnlijk weer een trainingsritje, dan misschien ook een wedstrijdverslag.

Blog!?

08-01-2010
Wie weet zet ik hier af en toe een verslag van mijn wedstrijden. Soms gebeuren er wel eens leuke dingen. En misschien rij ik komend seizoen een keer op het podium. Maar het duurt nog even. Vanaf eind januari trainingswedstrijden. Tussen de jongens die een niveautje hoger koersen mezelf helemaal in het rood rijden. Goed voor je conditie.